Installeren Data Gateway
Log in op de Power BI Service, klik rechtsboven op het menu Download en kies de optie Data Gateway. Je gaat nu naar de downloadpagina van de Gateway, waar je dit kunt downloaden en installeren.
De Data Gateway moet geïnstalleerd worden op een Windows computer, dat mag een fysieke computer zijn of een virtual machine in de cloud. Deze computer moet aan staan op de tijdstippen dat je de dashboards wilt vernieuwen. De Data Gateway kan op 2 manieren geïnstalleerd worden: ‘standard mode’ en ‘personal mode’. Beide opties zijn mogelijk, maar we adviseren de ‘standard mode’ omdat meerdere gebruikers dan gebruik kunnen maken van dezelfde gateway.
De installatie van de Data Gateway wordt door Microsoft uitgebreid toegelicht op de website, zie hiervoor https://docs.microsoft.com/en-us/power-bi/service-gateway-onprem
Installeren Power BI Connector
Als je de Data Gateway op een andere computer installeert dan waar je met Power BI Desktop werkt, dan moet de Power BI Connector ook op die computer worden geïnstalleerd. Zodoende kan de Power BI Service via de Data Gateway gebruik maken van de Power BI Connector.
Voor het installeren van de Power BI Connector kun je dezelfde stappen doorlopen als beschreven in hoofdstuk 2.1 Installeren Connector. De doelmap is hier ook de map C:\Users\<Gebruikersnaam>\Documents\Power BI Desktop\Custom Connectors.
Instellen Data Gateway
Na de installatie van de Data Gateway is het van belang om te checken of de gateway toegang heeft tot de map C:\Users\<Gebruikersnaam>\Documents\Power BI Desktop\Custom Connectors waar de connector geïnstalleerd is.
Dit kun je als volgt controleren:
- Start de ‘On-premises data gateway’ en ga naar het onderdeel Service-instellingen.
- Check het Gatewayserviceaccount, default is dat ‘NT SERVICE\PBIEgwService’. Dit serviceaccount moet toegang hebben tot de map C:\Users\<Gebruikersnaam>\Documents\Power BI Desktop\Custom Connectors
- Ga in de Verkenner naar de map C:\Users\<Gebruikersnaam>\Documents\Power BI Desktop, klik met de rechtermuisknop op de map Custom Connectors en kies Eigenschappen.
- Ga naar het tabblad Beveiliging en controleer of de gebruiker PBIEgwService in de lijst staat. Zo niet, klik dan op Bewerken.
- Klik op Toevoegen.
- Vul in het tekstvak de naam NT SERVICE\PBIEgwService in (let op de spatie tussen NT en SERVICE) en klik op OK.
- Zorg ervoor dat de gebruiker PBIEgwService in ieder geval de vinkjes ‘Lezen en uitvoeren’, ‘Mapinhoud weergeven’ en ‘Lezen’ heeft aangevinkt.
- Klik op OK en nog een keer op OK.
- Ga terug naar de ‘On-premises data gateway’ en ga naar het onderdeel Connectors.
- Controleer of de ConnectorNmbrs in de lijst wordt getoond.